Micro-organismen

Vies of schoon?

Handen wassen voor het eten! Wie heeft dat vroeger niet gehoord? En op de televisie zijn tegenwoordig reclames over desinfecterende zeep te zien. Deze zeep is volgens de reclame dé manier om kinderen te beschermen tegen bacteriën. Want bacteriën, die zijn slecht. Toch?

Met een kort practicum kunnen leerlingen nadenken over de bacteriën die op hun handen zitten. Gebruik petrischaaltjes met voedingsbodem om ongewassen, gewassen en gedesinfecteerde handen te testen en duik daarna in de wereld van de bacteriën. Laat leerlingen bijvoorbeeld niet alleen kijken naar hoeveelheden per petrischaaltje, maar wijs ze ook op de verschillende soorten die er wellicht in hun experiment voorkomen. Dit simpele practicum is op allerlei manieren uit te breiden om het niveau te verhogen of het onderwerp te verbreden. Denk maar eens aan het testen van vaatdoeken, deurknoppen, telefoons en wc-brillen, of het maken van een eigen voedingsbodem of een eigen experiment. Enkele tips, meer uitleg over dit practicum en nog veel meer microbiologische kennis kun je hier vinden.

 

De wetenschap achter eten

Goede onderzoeksvaardigheden zijn tegenwoordig een onmisbaar begrip in het curriculum van het middelbaar onderwijs. Het formuleren van een goede onderzoeksvraag, het ontwerpen van een bijpassend experiment en nette verslaglegging zijn onderdelen die leerlingen dus regelmatig moeten oefenen. Daarnaast zijn proeven natuurlijk ook een ideale werkvorm om leerlingen zelfstandig en praktisch aan het werk te zetten met tal van onderwerpen, bijvoorbeeld probiotica. Probiotica is een term die vaak gebruikt wordt in voedingsmiddelen, maar weten leerlingen wel wat dit betekent? Laat leerlingen met het eerste practicum van deze lessenserie eens nadenken over de achtergrond en de werking van deze voedingshype. Na het uitvoeren van dit onderzoekje, richt de volledig uitgewerkte lessenserie voeding en wetenschap voor bovenbouw havo/vwo zich stap voor stap op het leren opzetten en uitvoeren van een onderzoek. In een serie van ongeveer 7 lessen, gemaakt door het Freudenthal Instituut van de Universiteit van Utrecht, krijgen de leerlingen steeds meer zelfstandigheid in het uitvoeren van hun experiment over voedsel en leren ze bovendien na afloop kritisch naar hun werk te kijken en het op een goede manier te visualiseren in een presentatie.